Hoeveel klassementsmannen, sprinters en aanvallers neem je best mee in je Tourmanager? Het algoritme schrijft een andere combinatie voor dan de succesvolle 6-6-4 van de Giro.
Een 6-6-4? Zelfs de grootste voetballeek weet dat er dan zes spelers te veel op het veld staan. Hoewel het EK voetbal stilaan alle sportieve ogen opeist, bestaan er wel degelijk nog andere sporten. Wielrennen bijvoorbeeld, met de Tour de France die zaterdag 29 juni al van start gaat. En nóg belangrijker: de daarbij horende Tourmanager.
Zo’n wielermanagerploeg in een grote ronde bestaat uit zestien renners, en voor de Giromanager eerder dit jaar voorspelden we aan de hand van het algoritme van Viktor Moortgat een ideale ploegverdeling: zes klassementsmannen, zes sprinters en vier aanvallers – een 6-6-4 dus. Het bleek uiteindelijk een gouden opstelling. Maar kunnen we die ook zomaar doortrekken naar de Tourmanager?
Zwaartepunt laatste week
Daarvoor moeten we onder andere naar het parcours kijken. Dat kent opvallend veel gelijkenissen met het parcours van de Giro dit jaar: de Tour telt ook twee tijdritten, ongeveer acht sprintkansen en vijf bergritten. Ondanks dat de renners al in de vierde rit de Galibier moeten bedwingen, ligt het zwaartepunt voornamelijk in de laatste week. Terwijl de sprinters vooral de eerste twee weken hun ding mogen doen. Ideaal dus om met een sprinter meer en een klassementsman minder te starten, zo lijkt het. Een 5-7-4, gevolgd door typische sprinter-voor-klassementsmantransfers, kan wel eens goed uitpakken.
Maar is zo’n verdeling überhaupt wel mogelijk met deze rennersprijzen? De Tour kent namelijk een ander deelnemersveld dan de Giro: in la Grande Boucle staan uitsluitend A-renners aan de start, terwijl de Giro – met alle respect – toch eerder een mengeling is van A-, B- en C-renners. En A-renners zijn doorgaans wat duurder. Goedkope sprinters zoals Giovanni Lonardi en Tobias Lund Andresen (beiden 3M in de Giro) zul je hier dan ook niet zo snel vinden, laat staan een goedkoop rondetalent als Antonio Tiberi (5M in de Giro).
Om die sterke startlijst mee in rekening te nemen, kijken we best naar de Tour van vorig jaar. Viktor Moortgat draaide daarom zijn algoritme weer in gang en liet het los op de Tour van 2023. Zo kwam hij bij een achteraf gezien ideale Tourploeg uit.
Vorig jaar: 6-5-5
De ideale ploeg van de Tour 2023 publiceerden we vorige zomer al. Maar door de nieuwe puntentelling – de eindafrekening van de klassementen weegt sinds dit jaar minder zwaar door – is die niet meer helemaal van toepassing. Dus werd die ideale ploeg opnieuw samengesteld op basis van de nieuwe puntentelling. Wat blijkt? Een 6-5-5-opstelling was toen de winnende formule.
Het algoritme startte vorig jaar met zes klassementsmannen: Jonas Vingegaard (1ste), Tadej Pogacar (2de), Adam Yates (3de), Simon Yates (4de), Pello Bilbao (6de) en Jai Hindley (7de). Opvallend: Carlos Rodriguez, de vijfde in de eindstand, werd niet gebruikt. De ritoverwinningen van Bilbao en Hindley, en ook van Felix Gall (8ste) die er later werd ingebracht, gaven de doorslag.
Ook bij de sprinters een opvallende naam: Caleb Ewan – hij reed in de eerste vier etappes twee keer podium. Voor de rest nam het algoritme uiteraard viervoudig ritwinnaar Jasper Philipsen en eenvoudig ritwinnaar Mads Pedersen mee. Met Jordi Meeus en Phil Bauhaus waren er ook twee sprinters van 5M succesvol vorig jaar. Vijf sprinters dus in een Tour waar slechts zes keer gesprint werd voor de overwinning – op papier lijken er dit jaar twee kansen meer te zijn voor de snelle mannen. Zowel Ewan als Bauhaus werd later uit de ploeg getransfereerd, een tactiek die ook dit jaar kan lonen.
Over de aanvallers valt weinig zinnigs te vertellen, omdat ze zo moeilijk te voorspellen zijn en het achteraf makkelijk praten is. Wel interessant is het feit dat het algoritme vijf vrijbuiters selecteert. Dat kan een gevolg zijn van de nieuwe puntentelling: ritoverwinningen zijn meer waard geworden, dat zagen we eerder in de Giro ook al. Maar het kan ook te maken hebben met het duurdere deelnemersveld; aanvallers zijn doorgaans een stuk goedkoper dan sprinters of klassementsrenners.
Het algoritme bracht tijdens de Tour slechts één extra klassementsman in (Felix Gall), de andere drie waren aanvallers. Wij raden toch aan om bij transfers vol in te zetten op het eindklassement, tenzij je net zoals het algoritme over een glazen bol bezit.
Vijf aanvallers nodig
Kunnen we die 5-6-5-verdeling van het algoritme zomaar recycleren voor deze Tour? Moeilijk. Het deelnemersveld is heel gelijkaardig, maar het parcours is moeilijk te vergelijken. Daarvoor kijken we zoals eerder vermeld best naar de Giro van dit jaar. Als we de algoritmeploeg van de Tour van 2023 en het parcours van de Giro van 2024 samen optellen, komen we dus tot een ideale verdeling voor de Tour van dit jaar.
Door de hoge prijskaartjes lijkt het ons moeilijk om minder dan vijf aanvallers te selecteren in de Tour. En dus is de 6-6-4-verdeling uit de Giro niet mogelijk – of je moet de termen ‘sprinter’ en ‘klassementsman’ al heel ruim invullen. Op basis van het parcours lijkt het ons aangeraden om niet te snoeien in het sprinterscompartiment, maar om wel een klassementsman minder mee te nemen. In de laatste week kun je dat compenseren met transfers.
Zo komen we dus uit bij een 5-6-5-opstelling: vijf klassementsmannen, zes sprinters en vijf aanvallers. Welke renners die posities moeten invullen, lees je de komende week op onze site.
Blijf op de hoogte van al het nieuws in Sporza Wielermanagerland via Facebook, Twitter en Instagram. Of stel je vraag aan andere Wielermanagers op ons forum!
Comentarios